Kapitalisme als toppunt van ego
Het kapitalisme vertegenwoordigt ons egoïsche denken, waarin we allemaal zijn opgevoed, in de Westerse wereld zeker. Je kunt een systeem pas veranderen als je je eigen denken verandert. Dit vraagt van jou dat je ziet welke misvattingen en angsten je als normaal bent gaan beschouwen en die in jezelf te veranderen.
Een van de belangrijkste paradigma’s van het kapitalisme is dat we altijd moeten groeien, de productie en uitgaven altijd moeten groeien. Dit is het ego-idee van meer, meer en meer; het ego heeft nooit genoeg, is nooit tevreden. Die voortdurende groei mag zelfs ten koste gaan van onze medemensen, want iedereen moet maar voor zichzelf zorgen, nog zo’n kapitalistisch basisidee. Het ego denkt in winnaars en verliezers en vindt dat normaal. Het is voor het ego zelfs gepermitteerd om oorlogen aan te gaan, zodat het ene land meer krijgt dan het ander en er miljoenen slachtoffers vallen. Het is voor het ego gepermitteerd om in handelsoorlogen alle winsten naar zich toe te halen, zelfs als de anderen daardoor te weinig hebben om van te leven. Het feit dat miljoenen mensen van de honger sterven, is voor het ego niet zijn probleem, maar dat van die ander, hun schuld, dan hadden ze maar het kapitalistische systeem moeten omhelzen. Het is voor het ego gepermitteerd om de aarde volledig leeg te roven voor voortdurende groei en aldus te vernietigen.
Groei is voor het ego uiterlijk gericht, meer geld, meer aanzien, meer macht. Als dat lukt vindt het ego zichzelf fantastisch, lukt het niet, dan voelt het ego zich minderwaardig en gaat ander beschuldigen van datgene wat hij zelf voorstaat. Je kunt volgens het ego alleen in de winnaarsrol of verliezersrol zitten. Het ego wilt de buitenwereld beheersen en wordt daarmee zonder het te beseffen afhankelijk van de buitenwereld, al denkt hij controle te hebben. Delen met anderen doet hij alleen als hij daar zelf gewin mee kan halen, hij ziet geen medemensen, maar bondgenoten en vazallen. Desnoods liegt en bedriegt het ego, doet zich beter of slechter voor. Het ego vindt dat corruptie toegestaan is, benoemt dit als zakendoen. Het ego vindt nooit bevrediging en ziet niet dat het uiteindelijk tot totale vernietiging van de aarde leidt. Hij ziet vernietiging niet als probleem, het ego denkt dat hij er persoonlijk aan zal kunnen ontsnappen, samen met wellicht een paar andere overwinnaars.
Het probleem is, dat we allemaal zo in dit denksysteem zijn ingebed, dat het moeilijk is te zien dat het ego hieraan ten grondslag ligt. Hoe we leven laat zien waarin we werkelijk geloven, zowel persoonlijk als collectief, we scheppen vanuit onze overtuigingen onze werkelijkheid. Als die je niet bevalt, is de enige uitweg dit denken in jezelf te ontmantelen en er met elkaar over te praten. Door eerlijk naar jezelf te kijken en vragen te stellen naar onze motivaties, zonder gevecht of beschuldigingen. Door jezelf of anderen te beschuldigen en het gevecht aan te gaan, loop je het risico dat je onbewust hetzelfde egospel uitspeelt, alleen de rollen van winnaar en verliezer omkeert, in plaats van het hele idee van winnaars en verliezers los te laten. Dat zie je met veel revoluties gebeuren, de nieuwe machthebbers doen wat ze de oude machthebbers verweten. Dat komt omdat hun manier van denken hetzelfde is gebleven.
Ook in het klein kom je dit egoïsche denken tegen, want zo zijn we opgevoed. Je wordt opgevoed
met het ego-idee dat je beter moet zijn dan anderen, dat je meer moet verdienen
dan anderen. Je wordt opgevoed met het idee dat je steeds meer geld, macht en
aanzien moet verwerven. Als je jezelf ontwikkeld is dit niet omdat je er plezier in hebt, maar er moet een materiële beloning
tegenover staan. Je wordt opgevoed met het idee dat iedereen maar voor zichzelf
dient te zorgen. Als mensen dit niet kunnen dan is het hun probleem en niet het
jouwe. Het ego beschuldigt deze mensen dat ze niet genoeg hun best doen in de ratrace. Andersom kan het ego als hij verliezer is, de winnaars als slechterik bestempelen. Het ego geeft jezelf of anderen de schuld, maar gelooft nog steeds in
de ratrace en in gevechten als oplossing van zijn problemem. Zolang er
sprake is van beschuldigen en vechten, ben je nog niet los van het egoïsche en kapitalistische denken.
We potten vanuit ego van alles op, geven spullen niet
door als we ze niet meer nodig hebben. We helpen anderen dan niet omdat het ego bang is in tijden van
nood niemand ons zal helpen. Of het ego helpt anderen alleen vanuit de hoop dat de ander ons zal helpen, een soort garantiedealtje. Als we overbodige spullen wegdoen, wilt het ego een goede deal sluiten, zelfs als de ander het niet kan betalen, omdat geld het belangrijkste is. Het
ego is altijd in zijn eentje aan het overleven en ziet de ander als concurrent.
Het is voor hem onvoorstelbaar te geloven dat als je iets niet nodig hebt, dit kunt delen met mensen die het wel nodig hebben, dat er dat er uitwisseling kan ontstaan waarbij iedereen kan winnen. Het ego liegt ook in onderhandelingen, pretendeert armer te zijn dan ze zijn om iets goedkoper te krijgen, of beweert zoveel kosten te hebben dat dit de prijs moet zijn, terwijl het ego alleen meer winst wilt maken.
Gelukkig zijn er ook mensen die anders denken, uit dat egodenken stappen. Gelukkig zijn er ook initiatieven om anders te gaan leven, bijvoorbeeld op het gebied van delen. Het is helaas zo dat als je jouw kerngedachten niet onderzoekt, als deze op het oude enken zijn gebaseerd, dit egodenken de nieuwe initiatieven zal infecteren. Dan wordt liefdadigheid een winstmodel en dat zie je regelmatig gebeuren. Een ander risico is, dat er een soort submaatschappij ontstaat die nog steeds deel van het systeem blijft. Dan worden voedselbanken een manier worden om schuldgevoel te dempen. Het ego zegt dan, het is onvermijdelijk dat er slachtoffers vallen, waarmee het systeem eigenlijk wordt goedgekeurd en het egoïsche denken blijft bestaan.
De kunst is om alle egoïsche redenaties bloot te leggen in
jezelf, je opvoeding in dit denken opnieuw te onderzoeken. Vraag je af, hoe zou
een wereld er uit zien als we allemaal gelijkwaardig zijn, innerlijk
tevreden zijn met wie we zijn en wat we hebben en het allemaal goed zouden hebben. Hoe zou een leven eruit zien waarin we rustiger
kunnen leven, plezier hebben in ons werk om het werk zelf, omdat het zo leuk is.
Een wereld waarin we ons rustig en veilig voelen te midden van andere mensen en
bereid zijn elkaar te ondersteunen. Een wereld waarin we genoeg hebben om rond te komen en ons opgejaagd streven naar meer kunnen loslaten.
Het vraagt dat we ons egoïsche denken
vervangen door eenheidsdenken. Als ons denken verandert, verandert ons leven en
onze maatschappij. Vanuit dit nieuwe denken stapje voor stapje de wereld
te verbeteren. Van binnenuit.
In : Creëer je eigen werkelijkheid.
Tags: ego maatschappij kapitalisme eenheid angst